februari 2013


Canciones Españolas (Granados, Falla, Rodrigo)

Bernarda Fink & Anthony Spiri

Deze opgenomen set biedt in minder dan 70 minuten een effectieve geschiedenis van de klassiekers uit het Spaanse lied uit de 20e eeuw.

Deze opgenomen set biedt effectief een geschiedenis van de klassiekers van het Spaanse lied uit de 20e eeuw in minder dan 70 minuten. Net als hun collega's in Groot-Brittannië en Hongarije begonnen veel Spaanse componisten die eeuw door terug te keren naar de natuur en volksliederen te verzamelen. De werken die volgden waren een soort 'schrijfgraad nul' - een stap om opnieuw te beginnen zonder de overlappende laag van laat-romantische vorm en instrumentatie.

Falla en Granados (en, na hen, Rodrigo) - meer zoals Bartók dan Vaughan Williams - waren zelden tevreden met het opnieuw presenteren van de oude modi en melodieën. Na de lancering van zijn misleidend verfijnde Seven Spanish Folksongs in 1914 - terecht het openingsnummer van deze set - schreef Falla dat 'de geest belangrijker is dan de letter in volksliederen. Het ritme, de modaliteit en de melodische intervallen die worden bepaald door hun intonaties en cadensen vormen de essentie van deze liederen.’

Met haar Sloveense (d.w.z. Centraal-Europese) afkomst en haar opvoeding in Buenos Aires is Bernarda Fink bij uitstek geschikt om een ​​teen te dippen in elk van de klassieke en linguïstische/folkloristische stromingen van deze muziek. Samen met het pianospel van Anthony Spiri – die duidelijk weet hoe hij zijn haar los kan laten met een concertvleugel op lagere dynamische niveaus – presenteert ze meeslepende versies van materiaal dat niet te kort komt aan opgenomen concurrenten. Zelfs als je al verankerd bent aan een favoriete versie van die Falla-liederen (Berganza, de los Angeles, Horne voor oudere beginners), zou je deze benadering moeten proberen te horen, die de afwisselend trieste of spottende ironie van de woorden perfect vastlegt.

De Rodrigo-cyclus of deelcycli zouden een aangename aanvulling moeten zijn op het stereotiepe beeld van deze componist als charmante romantische reactionair voor gitaristen – probeer de Vier Sefardische liederen. De Granados Tonadillas zijn als een miniatuur Ring-cyclus van picturale evocaties van het Goya-tijdperk. Als u hetzelfde repertoire meer folky wilt, met gitaren en minder 'klassiek', dan moet u Liliana Rodriguez (Accent) onderzoeken; maar Fink en Spiri hebben hier een groot succes en het repertoire is nuttig centraal voor verzamelaars.

This recorded set effectively provides a history of the classics of 20th-century Spanish song in less than 70 minutes. Like their colleagues in Britain and Hungary, many Spanish composers began that century by returning to nature and collecting folksongs. The works that followed were something of a ‘writing degree zero’ – a move to begin again without the over-layering of late-Romantic form and instrumentation.

Falla and Granados (and, after them, Rodrigo) – more like Bartók than Vaughan Williams – were rarely content just to re-present the old modes and melodies. After launching his deceptively sophisticated Seven Spanish Folksongs in 1914 – rightly the opening number of this set – Falla wrote that ‘the spirit is more important than the letter in folksong. The rhythm, the modality and the melodic intervals determined by their inflections and their cadences constitute the essence of these songs.’

With her Slovenian (ie central European) parentage and Buenos Aires upbringing, Bernarda Fink is ideally placed to dip one performing toe in each of the classical and linguistic/folkloric streams of this music. Together with the pianism of Anthony Spiri – who clearly knows how to let his hair down with a concert grand at lower dynamic levels – she presents compelling versions of material which is not short of recorded competitors. Even if you are anchored already to a favourite version of those Falla songs (Berganza, de los Angeles, Horne for older starters), you should try to hear this approach, which perfectly captures the alternately sad or mocking irony of the words.

The Rodrigo cycle or part-cycles should come as a pleasant addition to the stereotyped view of this composer as charming Romantic reactionary for guitarists – try the Four Sephardic Songs. The Granados Tonadillas are like a miniature Ring cycle of pictorial evocations of the Goya age. If you want the same repertoire more folky, with guitars and less ‘classical’, then Liliana Rodriguez (Accent) should be investigated; but Fink and Spiri have a big success here and the repertoire is usefully central for collectors.