augustus 2016


Bach all'Italiano - Bach rearranged for recorder

Simon Borutzki

De jonge blokfluitist Simon Borutzki maakt grote indruk in deze uitvoering van onder andere Bachs transcripties voor klavecimbel van vioolconcerten, nu bewerkt voor blokfluit – luister maar!

Misschien was de hoogste vorm van barokvleierij het volledig kopiëren, en met Bach all’italiano heeft de jonge blokfluitist Simon Borutzki dit concept overgenomen en verder uitgebreid, door een aantal JS Bachs klavecimbeltranscripties van vioolconcerten van Vivaldi en Marcello te selecteren, samen met Bachs eigen Italiaanse Concert in F, BWV971, en met klavecinist Clemens Flick die ze nogmaals heeft herschikt, ditmaal als blokfluitconcerten ondersteund door een continuo-ensemble bestaande uit cellist Lea Rahel Bader, luitist Magnus Andersson en Flick op klavecimbel en orgel. Het resultaat is een van de meest opwindende albums die ik dit jaar op mijn bureau heb gekregen, niet alleen vanwege de manier waarop de klankkleuren van de verschillende blokfluiten de ongeschonden Italiaanse-ontmoet-Duitsland-smaak van Bachs eerste arrangementen nog meer klankkleur geven, maar ook vanwege de combinatie van verbluffende virtuositeit en overtuigende zang, die duidelijk van Borutzki zelf komt, maar ook met name van Flick, die regelmatig de schijnwerpers deelt met een heerlijk effect.

Perhaps the highest form of Baroque flattery was all-out copying, and with Bach all’italiano the young recorder player Simon Borutzki has taken this concept and expanded it further, selecting a clutch of JS Bach’s harpsichord transcriptions of violin concertos by Vivaldi and Marcello, along with Bach’s own Italian Concerto in F, BWV971, and with harpsichordist Clemens Flick rearranging them once more, this time as recorder concertos backed by a continuo ensemble consisting of cellist Lea Rahel Bader, lutenist Magnus Andersson and Flick on harpsichord and organ. The result is one of the most exciting albums to have landed on my desk all year, not just because of the way in which the various recorders’ timbres lend further timbral spice to the untampered-with Italy-meets-Germany flavour of Bach’s first arrangements, but because of the combination of showstopping virtuosity and singing conviction on display, obviously from Borutzki himself but also notably from Flick, who frequently shares the spotlight to delightful effect