oktober 2021
Schnittke & Pärt: Choral Works (2)
Estonian Philharmonic Chamber Choir o.l.v. Kaspars Putniņš
De diepgaande spirituele diepgang van deze instellingen van Pärt en Schnittke, hier vastgelegd in schitterende uitvoeringen uit Estland, is diep ontroerend.

Het Estische Philharmonisch Kamerkoor heeft Schnittkes enorm uitdagende Psalmen van Berouw (of, beter, Boeteverzen – 3/18) al opgenomen, dus je zou kunnen veronderstellen dat het slechts een kwestie van tijd was voordat deze zangers aan het Koorconcert zouden beginnen. Hoewel het technisch minder veeleisend is dan de Psalmen, en veel meer vertrouwt op textuurcontrasten op een breed canvas, is het nog steeds verre van gemakkelijk. Maar het Estische koor heeft al lang een natuurlijke affiniteit met dit soort repertoire, met een diepte en verscheidenheid aan vocale kleuren en een vertrouwdheid met Slavisch-talige zang die hen tot ideale kandidaten maken voor een werk van deze omvang.
En zelfs als je een of meer van de verschillende andere uitstekende opnames van dit meesterwerk hebt, zou je deze aan de collectie moeten toevoegen. Er zit een compromisloze drive in de uitvoering die ervoor zorgt dat de stilste, meest reflectieve momenten op een volkomen overtuigende manier deel uitmaken van het grotere verhaal; Schnittke reageert op de tekst (die een Russische vertaling is van woorden van de Armeense Sint Gregorius van Narek) bijna woord voor woord, dus er zijn enorme contrasten in volume, dichtheid en tempo die een dirigent die minder stevig de leiding heeft over het structurele geheel dan Putniņš van zijn koers af zouden brengen, waardoor het slechts een reeks momenten zou worden. De Drie Heilige Hymnen zijn in vergelijking daarmee een pronkstuk (men zegt dat de componist ze in één nacht schreef), maar elk van hen heeft een eigen karakter en is zeer direct in zijn aantrekkingskracht. Ik heb Schnittkes kleine versie van het Jezusgebed altijd als wonderbaarlijk beschouwd, waarbij iets dat herhaald en overdacht moet worden, wordt gecondenseerd tot iets meer dan een minuut.
We hebben ook geen gebrek aan opnames van Pärts Magnificat Antiphons, maar dit is een van de beste. Hoewel de tekst heel anders is dan die van Schnittke, is er een vergelijkbare behoefte om de algehele frasering van elke beweging en de rol van stilte en textuurcontrast daarin te begrijpen. Luister bijvoorbeeld naar de basis die de bassen bieden in 'O Adonai', waaruit de tenoren op een geheel organische manier verschijnen. Ook de tekst is altijd volkomen helder, zelfs in de allerlaagste registers. De opname, gemaakt in de Niguliste Kirik (Sint-Nicolaaskerk) in Tallinn, is absoluut helder, elk akkoord trilt precies lang genoeg in de lucht. Een album dat beurtelings spookt en verblindt: een echte aanrader.

The Estonian Philharmonic Chamber Choir have already set down Schnittke’s massively challenging Psalms of Repentence (or, better, Penitential Verses – 3/18), so one supposes that it was just a matter of time before these singers got round to the Choir Concerto. While it is less technically demanding than the Psalms, relying as it does far more on textural contrasts on a broad canvas, it is still far from easy. But the Estonian choir have long had a natural affinity with this sort of repertoire, possessing a depth and variety of vocal colour and a familiarity with Slavic-language singing that make them ideal candidates for a work of this magnitude.
And even if you have one or more of the several other excellent recordings of this masterpiece, you should add this to the collection. There is an uncompromising drive about the performance which allows the quietest, most reflective moments to become part of the greater narrative in an utterly convincing fashion; Schnittke reacts to the text (which is a Russian translation of words by the Armenian St Gregory of Narek) almost word by word, so there are huge contrasts in volume, density and pace that would throw a conductor less firmly in charge of the structural whole than Putniņš off course, making it merely a series of moments. The Three Sacred Hymns are a bauble by comparison (it is said that the composer wrote them in one night), but each of them has a distinct character and is very direct in its appeal. I’ve always considered Schnittke’s tiny setting of the Jesus Prayer to be miraculous, condensing something that is supposed to be repeated and meditated upon into the space of just over a minute.
We are not lacking in recordings of Pärt’s Magnificat Antiphons, either, but this stands with the best of them. Though the writing is very different from Schnittke’s, there is a similar need to understand the overall phrasing of each movement and the role of silence and textural contrast within it. Listen, for example, to the grounding provided by the basses in ‘O Adonai’, from which the tenors appear in an entirely organic fashion. The text, too, is always entirely clear, even in in the very lowest registers. The recording, made at the Niguliste Kirik (St Nicholas Church) in Tallinn, is absolutely clear, each chord vibrating in the air for just the right length of time. An album that haunts and dazzles by turns: very highly recommended.