december 2023
Josquin: I. Motets & chansons
Cut Circle o.l.v. Jesse Rodin
Dit is heerlijk verkwikkende oude muziekzang van Cut Circle, een overzicht van muziek van Josquin gepresenteerd met precisie, persoonlijkheid, individualiteit en toch ook een aantrekkelijk gevoel van intimiteit.

Cut Circle, aangekondigd als ‘een nieuw geluid voor Josquin’, heeft veel revolutionaire ijver. Maar laat dat je niet afschrikken: in plaats van een algemene vervreemding van de vroege muziek, is het juist vrolijk genuanceerd. De duidelijke invloed is Musica Reservata’s werk in de jaren 70 met mezzosopraan Jantina Noorman, die de technieken van verschillende volkszangers bestudeerde. De precisie van de aanval en articulatie van de zangers van Cut Circle put herhaaldelijk uit haar klankwereld, met name op emotionele hoogtepunten en in de wereldlijke liederen; en hoewel het misschien een track of twee kost om volledig aan deze heldere en levendige stijl te wennen, is het zeker de sprong in het diepe waard, want in combinatie met Jesse Rodins vlotte tempo’s wordt de buitengewone architectuur van Josquins muziek heerlijk duidelijk gemaakt. Als onderdeel van The Josquin Research Project aan Stanford University kun je de digitale partituren bekijken en doorzoeken die op deze opname zijn gebruikt.
Dit album opent met het beroemde Ave Maria … virgo serena en creëert een intieme omgeving, misschien een privékapel vol wandtapijten waar je je akoestisch gezien nergens kunt verstoppen. Met onze hoofden midden in Josquins texturen is het moeilijk om niet te dansen als de tekst vermeldt hoe hemel en aarde vol vreugde zijn. Dit vloeit mooi over in Virgo salutiferi/Ave Maria, waar Rodins benadering van tempo het meest opwindend is: luister naar de goed geëtste gregoriaanse melodie (‘Ave Maria, gratia plena’) die zich in verschillende verhoudingen herhaalt tot een betoverend effect, als een koraalprelude.
Het aangrijpende driestemmige Ave verum corpus is misschien bekend bij luisteraars van het tedere verslag van The Clerks’ Group (ASV Gaudeamus, 6/02), maar hier is het rauwer en meer blootgesteld wanneer het opzwepende openingsduet omhoog reikt met een stalen randje aan de vocale toon. Wanneer Josquin dit materiaal herhaalt met een toegevoegde lagere stem, luister dan naar de smekende toon op ‘vere passum immolatum’ (‘die werkelijk leed en werd opgeofferd’): verbluffend. Het hoogtepunt van het album is Miserere mei, Deus, met zijn hypnotiserende herhalingen en ontroerende momenten terwijl de façade van gebed geleidelijk wordt afgebrokkeld door de verharde toon van de zangers terwijl ze smeken om gezuiverd te worden van zonde.
De nummers zijn bijtend slim en variëren van het ongemakkelijke verhaal van Une musque de Biscaye tot het diep ontroerende Parfons regretz, prachtig gedifferentieerd in toon en sfeer van de motetten. Josquin is een werkelijk opmerkelijke componist en de geweldige energie van Cut Circle is behoorlijk verslavend.

Billed as ‘a new sound for Josquin’, Cut Circle have plenty of revolutionary zeal. But don’t let that put you off: rather than being generalised early-music defamiliarisation, it is joyfully nuanced. The obvious influence is Musica Reservata’s work in the 1970s with mezzo-soprano Jantina Noorman, who studied the techniques of various folk singers. The precision of attack and articulation from the singers of Cut Circle draws repeatedly on her sound world, particularly at emotional high points and in the secular songs; and whereas it might take a track or two to fully adjust to this bright and vivid style, it’s certainly worth that leap of faith because, coupled with Jesse Rodin’s brisk tempos, the extraordinary architecture of Josquin’s music is made delightfully clear. As part of The Josquin Research Project at Stanford University, you can see and search the digital scores used on this recording.
Opening with the famous Ave Maria … virgo serena, this album recreates an intimate environment, perhaps a private chapel hung with tapestries where, acoustically speaking, there’s nowhere to hide. With our heads right inside Josquin’s textures, it’s hard not to dance when the text mentions how heaven and earth are full of rejoicing. This flows nicely into Virgo salutiferi/Ave Maria, where Rodin’s approach to tempo is most exciting: listen for the well-etched plainsong melody (‘Ave Maria, gratia plena’) repeating in different proportions to mesmeric effect, like a chorale prelude.
The poignant three-voice Ave verum corpus may be known to listeners from The Clerks’ Group’s tender account (ASV Gaudeamus, 6/02), but here it’s rawer and more exposed when the soaring opening duet reaches upwards with a steely edge to the vocal tone. When Josquin repeats this material with an added lower voice, listen to the imploring tone on ‘vere passum immolatum’ (‘who truly suffered and was sacrificed’): stunning. The highlight of the album is Miserere mei, Deus, with its mesmeric repetitions and moving moments as the facade of prayerfulness is gradually chipped away by the singers’ hardened tone as they plead to be purged of sin.
The songs are bitingly clever and run a gamut from the uncomfortable tale of Une musque de Biscaye to the deeply moving Parfons regretz, wonderfully differentiated in tone and atmosphere from the motets. Josquin is a truly remarkable composer and Cut Circle’s superb energy is quite addictive.